Mr. W. Wedzinga

Over Strafrecht en nog veel meer

                                                        

14 oktober 2022

De stille storm

Wie na de novelle over het congres in Mexico had verwacht dat Leo van der Weele zijn zegje had gedaan, kent de schrijver niet. En zijn eerdere novelles vermoedelijk ook niet, want in zijn boeken worden tussen de regels door veel gezegd, vragen opgeroepen en verwachtingen gewekt. Voorboden voor een vervolg. In zijn onlangs verschenen boek “May” borduurt Van der Weele voort op de gebeurtenissen tijdens het congres in Mexico en het zal niemand die dat boek heeft gelezen verbazen dat de schrijver ervoor heeft gekozen om het karakter van de hoofdrolspelers May en Herbert uit te diepen. Dat doet hij wederom omfloerst, maar toch indringender dan in het eerdere boek. De spanningsboog wordt geïntensiveerd doordat het contrast tussen de gevoelige May en de afstandelijke Herbert op scherp komt te staan. Het gevoel dat ze voor elkaar hebben is moeilijk te duiden en het wordt aan de lezer overgelaten daar invulling aan te geven. Is het liefde? Zoekt de onervaren en onzekere May naar een strohalm om haar wat meer zekerheid in het leven en de liefde te verschaffen? Is het omwille van medelijden dat Herbert aangetrokken voelt door May? Onwillekeurig deed het boek me denken aan het boek “Ungeduld […]
15 januari 2020

Leo van der Weele: “Ik had geen tranen meer”. (boekrecensie)

Onlangs verscheen het boekje “Ik had geen tranen meer” van Leo van der Weele. Het is niet het eerste boek dat van deze auteur verschijnt. De novellen “Welterusten Kaars” en “Goedemorgen Kaars” gingen eraan vooraf. De novellen kunnen zelfstandig worden gelezen, zeker de laatste, maar in onderlinge samenhang winnen ze aan betekenis. De verhalen zijn in meer of mindere mate autobiografisch, iets dat de lezer die de achterflap leest al snel duidelijk zal zijn. Het leven en de gedachtenwereld van Van der Weele worden op indringende wijze verwoord. Belangrijke ingrediënten daarbij vormen het voormalig Nederlands-Indië, de Jappenkampen, de Thuiszorg, Groningen, wiskunde, schaken, vrouwen, de verliefdheid, liefde, weemoed, melancholie en het verstrijken van de tijd. Dit alles in willekeurige volgorde. De schrijver zelf manifesteert zich in de novellen in diverse hoedanigheden. In dit boek is hij de wiskundeleraar Peter, die emotioneel is ingeklemd tussen drie vrouwen. Zijn jeugdliefde is Rita, die hij na de middelbare school bij toeval ontmoet en 26 jaar later weer terugziet. Ook bij toeval. Hoewel: wat is “toeval”? Toeval is in de wereld van de schrijver betrekkelijk en ook dat prikkelt de lezer tot nadenken. Peter is een romanticus pur sang. De hopeloze verliefdheid die hij koesterde […]
24 mei 2019

De revolutie van rechter Goodwin tegen plea bargaining

Het mag bekend worden verondersteld dat in de Verenigde Staten meer dan 95% van alle strafzaken niet eindigt in een bench- of jurytrial, maar via plea bargaining wordt afgedaan. Een overeenkomst tussen de aanklager en de verdediging die aan de rechter wordt voorgelegd en goedgekeurd. De rechter is weliswaar niet verplicht om de deal te fiatteren, maar in bijna alle gevallen fungeert de rechter als stempelkussen. Dat is om meerdere redenen begrijpelijk. De deal is immers het resultaat van onderhandelingen tussen de procespartijen met divergerende belangen en alleen daarom al moeten er goede redenen zijn om die deal van tafel te vegen en de zaak te laten voorkomen. Bovendien dient het instrument van plea bargaining de efficiency en dat is een groot goed in een toch al overbelast en verziekt strafrechtsysteem. Uit het voorgaande volgt dat de rechter een zekere beoordelingsvrijheid heeft. Hij mag de (proffer) deal weigeren. Een juridisch zeer interessante en belangrijke vraag is dan op welke gronden een rechter een overeenkomst tussen het Openbaar Ministerie en de verdediging mag weigeren. Een degelijke weigering heeft namelijk ingrijpende gevolgen. De zaak wordt als gevolg daarvan op de zitting behandeld en de aard en omvang van de zaak hoeft in […]
8 november 2018

Gevangenneming tegen verdachten in voorarrest

Met enige regelmaat zorgt de regeling van het voorarrest voor juridische puzzels. Zo ook in de zaak die leidde tot de vordering tot cassatie in het belang der wet van 6 november 2018. Voordat ik de conclusie van de AG bespreek, is het van belang op te merken dat in het bijzonder voor regelingen die vrijheidsbeneming betreffen van belang is dat er minst genomen zo weinig mogelijk onduidelijkheid bestaat over de interpretatie en daarmee de toepassing van de regeling. Rechtseenheid, rechtszekerheid en rechtsbescherming vereisen in een land dat zich erop voorstaat een rechtsstaat te zijn, dat het opleggen van voorarrest niet tot willekeur leidt. Alleen daarom al is het een goede zaak dat de AG het voortouw neemt, als er wel verschil van opvatting is. En bij voorlopige hechtenis is cassatie in het belang der wet niet zelden het aangewezen middel. De vordering van de AG richtte zich tegen een beschikking van het Hof Arnhem-Leeuwarden. Uit die beschikking blijkt dat het Hof de opvatting huldigt dat een bevel tot gevangenneming niet mogelijk is wanneer de verdachte zich in voorlopige hechtenis bevindt. Zelfs niet indien die voorlopige hechtenis voor een ander feit is opgelegd. Aan die opvatting ligt een discutabele interpretatie […]