Mr. W. Wedzinga

Over Strafrecht en nog veel meer

                                                        

21 november 2018

De prijs van efficiency

Het arrest van de Hoge Raad is zeker niet opmerkelijk. En eigenlijk ga ik ook niet op het arrest zelf in. Wat in dit stukje centraal staat is het arrest van het Hof dat aan de cassatie voorafging en dan in het bijzonder de wijze waarop het Hof het verzoek van de verdediging tot het horen van getuigen heeft beoordeeld. Die beoordeling getuigt van een gemakzucht die helaas wel meer voorkomt. Of is het woord “gemakzucht” wellicht misplaatst. Is het ergernis? Frustratie? Heeft het Hof wellicht gemeend dat in een betrekkelijk triviale zaak als de onderhavige een verzoek om negen getuigen te horen te veel tijd kost? En “time is money”, nietwaar? In deze zaak werd de verdachte ervan beschuldigd dat hij betrokken was bij openlijke geweldpleging. Het slachtoffer was door een aantal mannen geschopt en geslagen en verdachte zou daar één van zijn geweest. Verdachte ontkende en beweerde dat hij juist geprobeerd had de vechtenden uit elkaar te houden. De bewijsconstructie houdt niet over. Het was Koningsnacht in Arnhem en het liep uit de hand. Er waren meerdere ruzies en vechtpartijen. De bewezenverklaring berust hoofdzakelijk op verklaringen van agenten, maar daaruit blijkt niet onmiskenbaar dat verdachte aan het geweld […]
30 oktober 2014

De rechter onder curatele

“Hij staat onder toezicht”, monkelde de ene advocaat tegen de andere. Die “hij” is de voorzitter van de meervoudige strafkamer in Assen. Kennelijk iemand die het vak van voorzitter niet echt onder de knie heeft en door een andere, op dat gebied meer ervaren, rechter onder curatele is gesteld. Aan de leeftijd ligt het niet. De halfbakken voorzitter wordt getaxeerd op een jaar of zestig en heeft een ontspannen attitude. Dat laatste wijst toch op een zekere ervaring. Voorzitter zijn van een meervoudige kamer is een vak apart. Dat heb ik zelf zo ervaren en ik kon me er in die zin dus wel iets bij voorstellen. De voorzitter is de regisseur van de strafzitting. Een zitting die in ons strafrechtelijk systeem veel weg heeft van een toneelspel. Een Griekse tragedie als het ware. Met dit verschil dat de dialogen bijna allemaal zijn uitgeschreven en goeddeels worden voorgelezen. Verklaringen bij de politie van verdachte en getuigen. Dat was het wel zo’n beetje. Afgewisseld met een enkele spontane vraag van de voorzitter. En dat wordt dan weer allemaal braaf genotuleerd door de griffier. Tenminste dat nemen we aan. Want we vertrouwen elkaar blindelings, nietwaar?
24 oktober 2014

De regeling van de strafbeschikking nader bezien

Alleen al de aanhef is curieus. Titel VIa heeft het over “vervolging door een strafbeschikking”. Dat past bij de gedachte die ten grondslag ligt aan ons Wetboek van Strafvordering, te weten dat vervolging een fase in het strafproces is. Een soort gedraging waardoor de zaak aan het oordeel van de rechter wordt onderworpen. Niets is minder waar. Het vervolgingsbegrip waarvan de betekenis is ontleend aan art. 136 ORO wordt in deze titel gedenatureerd. De strafbeschikking is een beslissing die wordt genomen door, meestal, de officier van justitie en hoeft niet te worden gevolgd door een procedure bij de rechter (zie verderop). Het gaat om beslissingen die worden genomen door personen die niet met rechtspraak zijn belast. Ook al gaat het doorgaans om rechterlijke ambtenaren (art. 1 lid c Wet RO). Een op zijn zachtst gezegd merkwaardige, hybride rechtsfiguur. Dit te meer waar art. 113 GW de berechting van strafbare feiten opdraagt aan de rechterlijke macht. En om de verwarring compleet te maken voorziet titel VIa ook in het opleggen van een strafbeschikking door bijv. opsporingsambtenaren. Wetstechnisch en wetssytematisch is het een  juridisch vehicle. Maar het echte drama moet nog komen. Want niets is onmogelijk in politiek Den Haag. Daarbij leg […]
17 april 2014

Mediacratisering brokkelt fundamenten strafrechtspleging af

Aan het geworstel met duiding, geruchten en feiten komt maar geen einde. De juwelierszaak in Deurne blijft onverminderd de aandacht trekken. Maar tot meer duidelijkheid leidt dat vooralsnog niet. Vooropgesteld dat het “juweliersechtpaar” wordt vervolgd, zal die duidelijkheid op de terechtzitting  moeten plaatsvinden. De plaats waar het hoort. Maar vooralsnog nemen, zoals steeds vaker het geval lijkt te zijn, de media het voortouw. Hetzij door met eigen berichten te komen, hetzij doordat OM en advocaten zich in de media doen horen. In de media kan iedereen zijn zegje doen, doet bijna iedereen ook zijn verhaal (vooral advocaten voelen zich vaak niet geremd) en de media, vaak niet gehinderd door kennis van zaken, doen er zelf ook graag een schepje bovenop. De gevolgen zijn dat er te vaak een gefragmenteerd en verkeerd beeld van een strafzaak ontstaat, dat mensen publiekelijk worden geslachtofferd en dat vooral rechters aan gezag inboeten. Dat laatste loopt soms langs een ingewikkelde weg. Een weg die door politiek Den Haag loopt. Want de Trias Politica bestaat al lang niet meer. We leven in een mediacratie en de macht en aantrekkingskracht van de media laten op veel plaatsen hun sporen achter. Soms verwoestende sporen.