Slachtoffers van seksueel misbruik komen er in ons land doorgaans bekaaid vanaf. Zeker als het gaat om diegenen die werden verkracht en aangerand door graaiende paters, priesters, pastoors of hoe ze ook mogen heten. Veel wisten er van of hadden zo hun vermoedens. Zeker in de jaren zestig en zeventig. Een gedoogbeleid avant la lettre. Niet alleen kenmerkend voor Nederland, maar voor veel landen om ons heen. Een typisch voorbeeld van geïnstitutionaliseerde criminaliteit dat in de verte herinneringen oproept aan de wijze waarop vooral in latere jaren met graaiende bankiers en ander gespuis werd omgesprongen. Hierin lijkt verandering te komen al is het mondjesmaat. De voormalige commissie Deetman heeft gerapporteerd en sporadisch lees je dat de kerk zowaar een schikking met een slachtoffer heeft getroffen. Van de daders geen spoor. Van de staat, die toch verantwoordelijk is voor de veiligheid van haar inwoners, eveneens taal noch teken. Daarin kon wel eens verandering komen. Een Ierse zaak (O’Keeffe v Ireland) die momenteel op het bord ligt van de Grand Chamber van het EHRM kan enorme gevolgen hebben voor de aansprakelijkheid van de Nederlandse staat voor seksueel misbruik van schoolkinderen. Kinderen op bijv. katholieke scholen en internaten.