Mr. W. Wedzinga

Over Strafrecht en nog veel meer

                                                        

14 oktober 2013

Levenslang

Mick van Wely heeft een kloek boek over de “straf der straffen” geschreven. Een boek waarin grondig is geïnventariseerd in welke gevallen levenslang is opgelegd en wat de rechters er toe bewoog om die straf op te leggen. Bij een van die gevallen was ik als raadsheer bij het Hof Leeuwarden  betrokken. Het ging om de moord op de 7 jarige Chanel Naomi Eleveld. Mijn bespreking is mede daarom algemeen en deels technisch-juridisch van aard. Van Wely wilde een “zo compleet mogelijk”  boek schrijven over de straf levenslang. In die missie is hij zonder meer geslaagd. Als naslagwerk is het een indrukwekkend epos. De schrijver is dan ook niet over een nacht ijs gegaan.  Hij heeft drie jaar onderzoek gedaan en talrijke bronnen geraadpleegd. De structuur van het boek is een beetje rommelig, maar dat doet zeker niet af aan de lezenswaardigheid van het deel waarin hij enkele casussen beschrijft. De moordzaken die hij daar beschrijft, laten zich lezen als een thriller. Hier doet zich de journalist Van Wely gelden. Wat verderop in het boek komt de historicus naar voren. Soms met fraaie beelden over de tijdsgeest, maar meer nog in de accuratesse waarmee hij gebeurtenissen beschrijft.  Daartussen zit een […]
7 oktober 2013

Wetsvoorstel adviesrecht slachtoffer (1): De verborgen agenda van Teeven

Teeven gaat steeds meer zijn stempel drukken op het strafrecht. Dat doet hij vooral door de positie van het slachtoffer in het strafproces te versterken. Zijn belangrijkste wapenfeit tot op heden is het wetsvoorstel waarbij iedereen die het spreekrecht heeft, de mogelijkheid krijgt om de rechter over de vragen van artikel 350 Wetboek van Strafvordering te adviseren. Dan hebben we het vooral over het slachtoffer en de nabestaanden. Klinkt allemaal sympathiek en zal bij de meeste mensen goed vallen. In werkelijkheid is het voorstel draconisch. Het zit technisch slecht in elkaar, zal voor het slachtoffer veelal op een teleurstelling uitlopen en manoeuvreert het OM, maar vooral de rechter in een onmogelijke positie. Ik zal een en ander beknopt toelichten en mij in dit deel beperken tot de hoofdzaken.
23 september 2013

Als de politie in de fout gaat

In het AD van 23 september 2013 staat een artikel over een student die door een agent van de politie Rotterdam in elkaar werd geslagen. Het artikel staat niet op zichzelf. De laatste tijd ligt de politie behoorlijk onder vuur. Niet alleen wegens (onnodig) geweld tegen burgers, maar ook wegens het manipuleren van het opsporingsonderzoek. Soms in nauwe samenhang met het OM. Dan heb ik het over bijv. het beïnvloeden van getuigen, het opnemen van “aangepaste” verklaringen van verdachten in het p-v, het verdonkeremanen van ontlastend bewijs en het niet doorrechercheren van alternatieve scenario’s. Ybo Buruma, raadsheer van de HR, maakte van zijn hart geen moordkuil en pleitte in het Nederlands Juristenblad voor een “algehele kwaliteitscontrole”, daarbij met kennelijke instemming verwijzend naar VU-hoogleraar Borgers die voorstander is van een “inspectie-achtige instantie” die politiefouten inventariseert, aanbevelingen doet en eventueel individueel maatregelen neemt (Delikt en Delinkwent 2012/25). Naar het oordeel van NRC-journalist Folkert Jensma gaat dit niet ver genoeg. In zijn weblog in het NRC van 7 september j.l. hekelt hij met name de slappe aanpak door de rechter. Het artikel van Jensma behoeft correctie.
16 september 2013

Opleggen voorlopige hechtenis tussen neus en lippen door

Ybo Buruma heeft gelijk dat voorlopige hechtenis te vaak te routineus wordt opgelegd, maar ongelijk waar hij opmerkt dat ons strafrechtelijk systeem, afgezien van schadevergoeding, geen prikkel kent om onrechtmatige detentie te vermijden. Die prikkel is er wel degelijk, alleen rechters maken er geen gebruik van. In ons strafvorderlijk systeem moet onderscheid worden gemaakt tussen inverzekeringstelling een voorlopige hechtenis. In het betoog van Buruma in  Crimesite loopt dat door elkaar heen. Inverzekeringstelling duurt enkele dagen. Er komt geen rechter aan te pas. Wel een hulpofficier van justitie die als een blinde vink na het verhoor dat op de aanhouding van verdachte volgt, het bevel inverzekeringstelling tekent. Ook een schande, al staat de inverzekeringstelling in het teken van de opsporing. Een redelijke verdenking is voldoende. Daarna kan de verdachte in voorlopige hechtenis worden gesteld. Die voorlopige hechtenis bestaat volgens de wet uit bewaring, gevangenhouding en gevangenneming en kan soms jaren duren. Over de voorlopige hechtenis wordt door rechters geoordeeld en de wet kent wel degelijk prikkels om daar niet lichtvaardig mee om te springen. Zo is volgens ons Wetboek van Stafvordering een “redelijke verdenking” niet (meer) voldoende, maar zal er sprake moeten zijn van “ernstige bezwaren”. En daar zit `em de […]