Mr. W. Wedzinga

Over Strafrecht en nog veel meer

                                                        

21 november 2018

De prijs van efficiency

Het arrest van de Hoge Raad is zeker niet opmerkelijk. En eigenlijk ga ik ook niet op het arrest zelf in. Wat in dit stukje centraal staat is het arrest van het Hof dat aan de cassatie voorafging en dan in het bijzonder de wijze waarop het Hof het verzoek van de verdediging tot het horen van getuigen heeft beoordeeld. Die beoordeling getuigt van een gemakzucht die helaas wel meer voorkomt. Of is het woord “gemakzucht” wellicht misplaatst. Is het ergernis? Frustratie? Heeft het Hof wellicht gemeend dat in een betrekkelijk triviale zaak als de onderhavige een verzoek om negen getuigen te horen te veel tijd kost? En “time is money”, nietwaar? In deze zaak werd de verdachte ervan beschuldigd dat hij betrokken was bij openlijke geweldpleging. Het slachtoffer was door een aantal mannen geschopt en geslagen en verdachte zou daar één van zijn geweest. Verdachte ontkende en beweerde dat hij juist geprobeerd had de vechtenden uit elkaar te houden. De bewijsconstructie houdt niet over. Het was Koningsnacht in Arnhem en het liep uit de hand. Er waren meerdere ruzies en vechtpartijen. De bewezenverklaring berust hoofdzakelijk op verklaringen van agenten, maar daaruit blijkt niet onmiskenbaar dat verdachte aan het geweld […]
7 juli 2017

Nadere regels over horen getuigen

1. Inleiding De Hoge Raad gedraagt zich de laatste jaren meer en meer als een schoolmeester die op gezette tijden de juridisch minder bedeelde medemens komt uitleggen hoe het strafrecht in elkaar zit. Uiteraard zijn de rechtseenheid en rechtszekerheid hiermee gediend, maar er blijft niettemin een wrange nasmaak hangen wanneer tevens moet worden vastgesteld dat het niveau van rechtsbescherming van de verdachte hieronder lijdt of in ieder geval dreigt te worden onderbelicht. De ommezwaai van de Hoge Raad, als ik dat woord mag gebruiken, dateert van de periode rond de benoeming van Corstens. Niet toevallig in een vorig leven officier van justitie? Rechtsbescherming wordt nu in wezen overgelaten aan de lagere rechters en de verdachte die meent te worden beknot in zijn (verdrags)rechten moet van goede huize komen om bij de Hoge Raad kans van slagen te maken. Dat heeft mede te maken met de cassatietechniek, waardoor de Hoge Raad klachten vaak eenvoudig kan afwimpelen (“niet onbegrijpelijk”) en de introductie van art. 80a RO. Veel grieven worden zonder omhaal van woorden en met een verwijzing naar art. 80a RO in de prullenmand gedeponeerd. Andere arresten worden vooral gekenmerkt door een vermelding van art. 81 lid 1 RO, waarbij soms als […]