Mr. W. Wedzinga

Over Strafrecht en nog veel meer

                                                        

20 maart 2014

Wilders, Opstelten, Teeven en de criminele burgerinfiltrant

De kranten staan vandaag vol van de ronduit verwerpelijke uitspraken van kamerlid Wilders, die toezegde wel even “te zullen regelen” dat het aantal Marokkanen zou worden verminderd. Opgeroepen wordt om aangifte doen, maar of de gewraakte uitspraken van Wilders strafbaar zijn, moet nog maar blijken. In 2011 smoorde de strafzaak tegen Wilders al bij de rechtbank, die hem vrijsprak van (o.a.) aanzetten tot haat en discriminatie. Een vrijspraak die in dank werd aanvaard door het OM en door Wilders. En zo werd een hogere rechterlijke instantie ‘overruled’ door een lagere rechterlijke instantie. Want het Hof had niet alleen de vervolging van Wilders bevolen, maar ook een last tot dagvaarding gegeven. Dat gebeurt zelden. Dat laatste oogde als een motie van wantrouwen richting OM. De beschikking van het Hof las als een veroordeling, maar daar kon de rechtbank zich dus niet in vinden. Ach ja, over veel valt te twisten in het recht. Zeker as het gaat om gecompliceerde delicten in de sfeer van discriminatie, waar bovendien de rechtspraak van het EHRM over vrijheid van meningsuiting een rol speelt. Maar in de krant van vandaag wordt morgen de vis verpakt. Daarom zou het mij niet verbazen als de verontwaardiging over de uitspraken van Wilders snel wegebt. Het is bovendien in […]
11 maart 2014

De zaak Karaman: ongelijktijdige berechting en onschuldpresumptie

In de zaak Karaman draait het om de vraag hoe de ongelijktijdige berechting van medeverdachten zich verhoudt tot de onschuldpresumptie van artikel 6 lid 2 EVRM. Toen Karaman in Duitsland voor de rechter moest verschijnen waren de medeverdachten al veroordeeld en werd in het vonnis de rol van Karaman belicht. Dat moest ook wel omdat het bewijs tegen een van de medeverdachten daarop leunde. Geen wonder dat Karaman meende dat hij geen schijn van kans had. Eigenlijk lag zijn veroordeling immers al besloten in de bewijsmotivering van de zaak tegen de medeverdachten? En dus ging Karaman nadat hij in Duitsland was “uitgeprocedeerd” naar Straatsburg en klaagde over schending van de onschuldpresumptie. Dergelijke situaties doen zich ook in Nederland met grote regelmaat voor. Gelijktijdige berechting van medeverdachten is niet altijd mogelijk. Dat wringt, vooral bij artikel 140 Sr. De leden van de criminele organisatie worden vaak al met naam en toenaam in de tenlastelegging genoemd en bij een veroordeling van de verdachten die op dat moment terecht staan, is het vaak onvermijdelijk om in het vonnis ook melding te maken van de mate van betrokkenheid van de verdachte die nog voor moet komen. Daarbij past voorzichtigheid, zegt het EHRM in de zaak […]
26 februari 2014

DBT voor gedetineerden (1)

Op 1 maart 2014 wordt het DBT ingevoerd. DBT staat voor Dagprogramma, Beveiliging en Toezicht op maat. De bedoeling is dat gedetineerden op basis van hun gedrag extra activiteiten en vrijheden kunnen verdienen, maar ook weer kwijt kunnen raken (promoveren en degraderen). Hier als voorproefje een overzicht  van het “knipperlichtprogramma”. Over de verstrekkende implicaties er van binnenkort meer.
10 februari 2014

Grenzeloos afluisteren

Terwijl minister Plasterk zich prepareert op de Kamervragen die morgen worden gesteld over het registreren van 1,8 miljoen telefoontjes door de Nederlandse inlichtingendiensten, lees ik zojuist op teletekst dat de advocaten Knoops en Ruperti opheldering willen over het afluisteren door de MIVD en hun persoonsgegevens opvragen. Zij gaan er van uit dat vertrouwelijke gesprekken met cliënten worden afgeluisterd en willen het naadje van de kous weten. Het gaat hierbij om twee verschillende zaken. Het afluisteren van telefoongesprekken is iets anders dan het registreren van gesprekken. Bij het laatste gaat het om het verzamelen van gegevens. Wie heeft met wie gebeld. Maar in beide gevallen is de privacy van burgers in het geding. In het ene geval misschien meer dan in het andere, maar zelfs dat is de vraag. Afluisteren is strafbaar en het recht op privacy respectievelijk vrijheid van meningsuiting wordt o.a. door de artikelen 8 en 10 EVRM beschermd. Maar al die bepalingen zeggen bitter weinig.