Persvrijheid en bronbescherming vanuit perspectief EVRM
21 oktober 2013
Dossier Holloway: Boekbespreking
1 november 2013
Show all

Ik was zelf niet aanwezig bij de strafzaak tegen Wim Dankbaar. Had de show al zien aankomen. Juridisch zinloze discussies over het horen van getuigen en een voorspelbaar wrakingsverzoek. Twee zelfs. Het einde van het liedje was dat de Politierechter in Groningen de zaak naar de meervoudige kamer verwees. Daar had de zaak al direct moeten worden aangebracht. Ongelukkig appointering.

Omdat ik zelf niet aanwezig was baseer ik mij op de tweets van ervaren rechtbankverslaggevers als Zijlstra en Klomp en ik heb ook het blog van Dankbaar er nog eens op nagelezen. Daarin de processen-verbaal van de wrakingskamers. Al met al ontstaat zo m.i. een goed beeld van het tumultueuze verloop van de zitting. Op zichzelf best wel een interessante zaak, die sterk doet deken aan de smaadzaak waaraan opiniepeiler Maurice de Hond werd onderworpen. In beide zaken gaat het om een verdachte die van mening is dat justitie iemand onterecht wegens moord heeft veroordeeld en dat er sprake is van een doofpot. In de zaak van De Hond ging het om Ernest L. die in de Deventer Moordzaak tot 12 jaar gevangenisstraf werd veroordeeld. In de zaak van Dankbaar ging het om Jasper S., die wegens de moord op en verkrachting van Marianne Vaatstra 18 jaar aan zijn broek kreeg.

Maar zowel De Hond als Dankbaar moest zich verantwoorden wegens smaad en laster. Want iemand van moord beschuldigen is al ernstig, maar het krijgt nog een andere lading wanneer iemand anders wegens die moord onherroepelijk is veroordeeld. Dan speelt ook de vraag of, en zo ja, in hoeverre burgers de vrijheid hebben om het gezag van justitie en de rechter ter discussie te stellen. Dan wordt de zaak principieel.

Zelfs als Dankbaar gelijk heeft, is hij niet gevrijwaard van veroordeling wegens smaad. Wel wegens laster natuurlijk. Waar het vooral op aan komt is of hij te goeder trouw is geweest. Artikel 261 lid 3 Sr laat op dit punt geen twijfel bestaan. Artikel 10 EVRM biedt Dankbaar geen soelaas, alleen al omdat van en publiek debat over de veroordeling van Jasper S. geen sprake is. Het verzoek om getuigen te horen was dus zinloos en de Politierechter oordeelde terecht dat het verdedigingsbelang hiermee niet werd gediend.

Dankbaar zou Dankbaar niet zijn als hij hiermee genoegen nam en wraakte de rechter. Het hoorde allemaal bij het spelletje. Want het enige waar het Dankbaar om te doen is, is het creëren van een podium waarop hij zijn beschuldigingen kan etaleren. Dat podium krijgt hij niet. Ook niet nadat zijn tweede wrakingsverzoek sneuvelde en de Politierechter de zaak naar de meervoudige kamer verwees.

De meervoudige kamer zal zich over enige tijd over de zaak buigen en daar zal zich een herhaling van zetten voordoen. Het verzoek om getuigen te horen zal worden afgewezen en Dankbaar zal de rechtbank wraken. Uiteindelijk zal hij worden veroordeeld wegens smaad en in de overwegingen zal de rechtbank ongetwijfeld laten doorklinken dat kritiek op politie, justitie en rechters geoorloofd is, maar dat het disproportioneel is om bij het uitoefenen van die kritiek iemand met naam en toenaam te beschuldigen.

Toch zit mij iets dwars. Het monopolie op waarheidsvinding staat ter discussie en het gezag van de rechter is niet meer vanzelfsprekend met het ambt gegeven. Dat speelt ook bij bijv. de herziening een rol. Een rechter kan de bron zijn van een dwaling. Een nieuw feit is daarvoor strikt genomen niet nodig. De vraag is dan of er voldoende ruimte is voor kritiek en hoeveel kritiek op de rechterlijke macht en op rechterlijke uitspraken een staat zich kan permitteren.

Vrijheid van meningsuiting is een groot goed, maar kent grenzen. Die grenzen heeft Dankbaar overschreden. Moedwillig. Hij krijgt zijn podium, maar het publiek is beperkt. Het blijft bij preken voor eigen parochie.

Copyright@Wedzinga2013