Op 17 mei 2017 werd Robert Mueller tot ‘special counsel’ benoemd met als taak om de Russische interventie in de Amerikaanse verkiezingen te onderzoeken. De focus ligt daarbij op de contacten tussen het campagneteam van Trump en mogelijk van Trump zelf en ‘Russen’. Daarmee kreeg het onderzoek een strafrechtelijke lading. Tot op dat moment was het vooral politiek georiënteerd, waarbij diverse commissies van het House en de Senate over elkaar heen buitelden.
Mueller werd benoemd door Rod Rosenstein, de onderminister van Justitie. Hij had wel wat goed te maken nadat hij een advies schreef dat in eerste instantie door Trump en zijn staf werd gebruikt om het ontslag van de directeur van de FBI te rechtvaardigen. Naar verluidt was Rosenstein daar bepaald niet gelukkig mee. En gelukkig voor hem liet Trump niet lang daarna weten dat hij al voordien had besloten om Comey de laan uit te sturen. Daarbij legde Trump een link tussen het ontslag van Comey en het onderzoek van de FBI naar “collusion”. Een link die hem nog wel eens duur zou komen te staan.
De benoeming van Mueller moet een mokerslag voor Trump en zijn geestverwanten zijn geweest. Want als er een persoon geschikt is om zo’n onderzoek voortvarend, objectief en nietsontziend uit te voeren is het Mueller wel. De integriteit in eigen persoon. Republikein van huis uit, maar ook geprezen door democraten. Mueller is een oude rot in het vak. Hij werd door Bush in 2001 benoemd tot directeur van de FBI. Een functie die hij ook onder president Obama bekleedde en tot 2013 vervulde, toen Comey het stokje van hem overnam.
Mueller is geboren op 7 augustus 1944 in New York en was voordat hij door Bush werd benoemd respectievelijk ambtenaar, jurist, advocaat en openbaar aanklager. In de Vietnam-oorlog kreeg hij de ‘Bronze star’ en de ‘Purple Heart’. Down to earth als hij is, zei Mueller: “You never get the medals for that which you probably deserve them. You always get the medals for that which you don’t even think without doing”.
Mueller’s hart lag al van jongs af aan bij de FBI en zijn hele carrière staat in het teken van die ambitie. Hij werkte er trefzeker naartoe door vanuit verschillende functies naar het ‘criminal justice system’ te kijken en klom in de hiërarchie. Als prosecutor was hij betrokken bij de vervolging van o.a. de Panamese leider Noriega. Later werd hij advocaat bij het prestigieuze advocatenkantoor “Hale and Door”. Maar ondanks het riante jaarsalaris van $ 400.000 vertrok hij twee jaar later om tegen een veel geringer salaris als U.S. attorney in Washington te werken. Zijn bijzondere belangstelling ging uit naar moordzaken. Een collega noemde hem een “well-organized pit bull”.
Maar wel een pit bull die het “recht’ hoog in zijn vaandel had staan en die als het bewijs rammelde afzag van strafvervolging. Eli Gottesdiener, een ‘public defender’ merkte ooit op: “He’s judgment without ego”. Voordat hij directeur van de FBI werd werd hij door president Clinton in 1998 benoemd tot “attorney” in San Francisco.
Mueller staat bij vriend en vijand te boek als een ervaren manager, onpartijdig, gedisciplineerd en iemand die altijd goed zijn dossiers kent. Hij komt als eerste en gaat als laatste. Zijn zwakte is het omgaan met de pers, als je dat een ‘zwakte’ kunt noemen. In de drie jaar dat hij in San Francisco werkte gaf hij welgeteld twee persconferenties. Een ervan is legendarisch en tevens veelzeggend. Er deden verhalen de ronde dat er een kat was die rondhing bij de snackbar. Sommige werknemers vonden dat onhygiënisch, zo niet gevaarlijk. Journalisten die Muller hierover vragen wilden stellen vingen aanvankelijk bot. Maar onder druk van andere aanklagers besloot Mueller toch iets te zeggen. Een enkele zin volstond: “The cat is fine” en Mueller vond het wel genoeg.
Toen hij werd gevraagd waarom hij een FBI agent wilde worden, antwoordde Mueller: “To serve my country, because it seemed an exiting thing to do, and because I loved investigations. I love finding what the truth is, or at least the closest approximation of the truth there is”.
Mueller is een professional in hart en nieren, die niet zal aarzelen om doortastend in te grijpen. In de jaren dat hij bij de FBI als directeur werkzaam was, reorganiseerde hij op bekwame wijze een instituut dat op sterven na dood was. Hij gaat tot het naadje van de kous. Inmiddels is er overleg gaande met Michael Flynn, een van de sleutelfiguren in de zaak. De voormalige veiligheidsadviseur van Trump, die al voordat Trump werd beëdigd onder verdenking stond, en die ondanks diverse waarschuwingen (o.a. van Sally Yates) nog 18 dagen mocht aanblijven, heeft met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid een troefkaart in handen. Dat moet iemand zijn die heel dicht bij Trump staat, als het al niet Trump zelf is. Mueller zal er achter komen en dat zou best eens het impeachment van Trump kunnen inluiden.
Copyright@Wedzinga2017