Mr. W. Wedzinga

Over Strafrecht en nog veel meer

                                                        

13 oktober 2017

Een advies met grote gevolgen voor de praktijk

Niet zelden blijft de wetgever in gebrek bij het ontwerpen van een regeling die een technisch-juridisch ingewikkelde materie betreft. Een voorbeeld hiervan is de regeling die wordt gebruikt om een verdachte die een dadelijk uitvoerbare voorwaarde heeft overtreden, hangende het hoger beroep voor de rechter te brengen om de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf te bevelen. Mag een rechter de vrijheidsbeneming van een verdachte bevelen op basis van een vonnis dat niet onherroepelijk is? Over die – ook voor de praktijk – belangrijke rechtsvraag heeft AG Knigge onlangs een doorwrocht advies geschreven, dat menig praktijkjurist zich eigen zou moeten maken. Dat advies heeft de juridische status van een vordering tot cassatie in het belang der wet. Het is dus “ook” voorlopig. De Hoge Raad kan er anders over denken. Maar dat zou mij verbazen. Zijn advies is meer dan verdedigbaar. Het is overtuigend en de Hoge Raad zal het volgen. De vordering is gericht tegen een beslissing van de rechtbank Gelderland van 2 februari 2016 waarbij de gedeeltelijke tenuitvoerlegging is gelast van een eerder door diezelfde rechtbank grotendeels voorwaardelijk opgelegde straf, te weten jeugddetentie. Om misverstanden te vermijden dient voorop te worden gesteld dat het slechts ten dele de bevoegdheid van […]
23 september 2015

Het liquidatieproces en de onaantastbare kroongetuige

Het liquidatieproces, ook wel Passage genoemd, illustreert in toenemende mate hoe ver ons strafrechtssysteem verwijderd is van wat een fair trial in de zin van artikel 6 EVRM hoort te zijn. De verdediging wordt in wezen nagenoeg buiten spel gezet, de rechter is door de wetgever aan de zijlijn geparkeerd en het OM kan doen en laten wat het wil. De tussenbeschikking van het Hof Amsterdam op 21 september jl. (ECLI:NL:GHAMS:2015:3882)is de zoveelste akte in een “toneelstuk” waarvan de afloop al bekend lijkt te zijn. In deze beschikking gaat het vooral over de bescherming van kroongetuigen. En die die kroongetuigen vervullen een cruciale rol in dit slepende en fragmentarische proces. Want vooral op basis van de verklaringen van kroongetuige Peter la S. is een aantal verdachten tot langdurige gevangenisstraffen veroordeeld. Sommigen kregen zelfs levenslang.
22 augustus 2014

Terugdringen voorlopige hechtenis

1 oktober 2012

Wettig en overtuigend bewijs in moordzaak Van der Stap

Verdachte Ron P. mag zijn handen dichtknijpen en eigenlijk ook weer niet. Hij is door de rechtbank vrijgesproken van de moord op Anneke van der Stap omdat er niet voldoende bewijs was dat hij geweldshandelingen had gepleegd. Alleen een medegedetineerde had verklaard dat Ron P.  hem zou hebben verteld dat hij het meisje had vermoord. Maar dat is onvoldoende volgens de rechtbank. Uit de reacties blijkt dat veel mensen op zijn zachtst gezegd ontevreden zijn met deze uitspraak. Er spreekt immers veel tegen Ron P.. Hij was in het bezit van haar bankpas in de nacht van haar overlijden en had daarvoor geen aannemelijke verklaring. Maar gelukkig heeft de rechtbank zich niet, zoals veel andere rechters tot op de dag van vandaag nog steeds doen, laten leiden door de overtuiging.