Mr. W. Wedzinga

Over Strafrecht en nog veel meer

                                                        

6 juni 2012

Ongedeeld daderschap: Een ondoordacht voorstel van CDA en PVV

Twee mannen die een roofoverval op een bank willen plegen signaleren op weg er naar toe een politieauto en slaan op de vlucht met de scooter. De bestuurder rijdt als een dolleman met veel te hoge snelheid door Nijmegen en raakt een overstekende voetganger die daarbij om het leven komt. Omdat niet duidelijk is wie de scooter heeft bestuurd en omdat de bijrijder geen invloed heeft gehad op het levensgevaarlijke rijgedrag worden zij daarvan vrijgesproken. Voor het voorbereiden van de overval en de heling van de scooter worden zij wel veroordeeld. De vrijspraak roept veel commotie op. Begrijpelijk. De verklaringen van de verdachten waren weliswaar warrig en tegenstrijdig, maar twee overvallers die op de vlucht slaan en waarbij de bestuurder zo roekeloos rijdt dat iemand dodelijk wordt aangereden horen daarvoor naar de mening van velen beiden op te draaien. It’s all-in the game, niet waar? Zoals gebruikelijk stort de Tweede Kamer zich op deze zaak, die in de media voor veel ophef zorgt. En binnen de kortste keren smeden CDA en PVV een plan om de strafwet te verruimen bij zaken waarin meerdere personen betrokken zijn bij een strafbaar feit, zonder dat duidelijk is wie welk aandeel heeft gehad. Gepleit […]
14 februari 2011

Zaak Wilders: Cruciale “regiefout” in beslissing rechtbank

  Met enige verbazing heb ik zojuist kennis genomen van de beslissing van de rechtbank in het proces tegen Wilders. Die beslissing is op een enkele, belangrijke uitzondering na begrijpelijk en juridisch zeer goed verdedigbaar en werd door de voorzitter helder voor het voetlicht gebracht. Op dat punt heeft de rechtbank haar lesje kennelijk geleerd.  De voorzitter kennende was daar overigens geen mediatraining voor nodig. In de tv-studio gaf raadsheer Willems een goede uitleg van die beslissing, al zag hij een cruciaal punt over het hoofd. Dat Lidwien Gevers dit eveneens over het hoofd zag, zij haar vergeven. Er komt zelden of nooit een zinnig woord uit haar mond en het is mij volstrekt onduidelijk waarom zij als deskundig journalist naar strafprocessen wordt gestuurd. De kern van de belissing is dat de preliminaire en bij pleidooi gevoerde weren opnieuw mogen worden gevoerd. Moszkowicz krijgt dus opnieuw alle ruimte om te betogen dat de rechtbank Amsterdam onbevoegd is en dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk is. Een goede zaak. Maar ook een kansloze zaak, zeker wat betreft het verweer dat de bevoegdheid van de rechtbank raakt. Want de gewraakte rechtbank heeft daarover al een beslissing geveld en op die beslissing valt niets af te […]
23 januari 2010

De HIV-zaak

  Op de website van rechtspraak.nl is de volgende mededeling te vinden: “Groningen, 22 januari 2009 – Het hof Leeuwarden heeft twee verdachten veroordeeld tot respectievelijk twaalf en negen jaren gevangenisstraf, omdat zij een viertal mannen opzettelijk en met voorbedachten rade hebben besmet met het hiv-virus en bij een vijfde man een poging daartoe hebben gedaan. De verdachten organiseerden in de periode van 1 juli 2005 t/m 31 december 2006 te Groningen seksfeesten voor homoseksuele mannen. Tijdens verschillende van deze feesten werden de slachtoffers ingespoten dan wel geïnjecteerd met het hiv-besmette bloed van één van de verdachten. De verdachten hebben zich bovendien schuldig gemaakt aan overtredingen van de Opiumwet en één van de verdachten is tevens veroordeeld ter zake van een zedendelict en verduistering van goederen in dienstbetrekking. Een derde verdachte is alleen veroordeeld ter zake van overtredingen van de Opiumwet”. Een opmerkijke uitspraak? Of toch niet?
2 juli 2009

Hoge Raad te zuinig over rechtsbijstand verdachte voor politieverhoor

  Na het arrest van het EHRM in de zaak Salduz, waar ik in een eerder bericht aandacht aan heb geschonken, komt de Hoge Raad op 30 juni 2009 in een drietal arresten met de Nederlandse vertaalslag van de Straatsburgse uitspraak. Die vertaalslag is niet verrassend, want tamelijk terughoudend en in lijn met het advies van A-G Knigge. Waar het op neerkomt is dat de verdachte aan artikel 6 EVRM het recht ontleent vóór het eerste politieverhoor een advocaat te mogen consulteren en dat hij ook op dat recht dient te worden gewezen. Wanneer de verdachte voor het politieverhoor niet in de gelegenheid is gesteld een advocaat te consulteren, mag zijn bekennende verklaring in beginsel niet voor het bewijs worden gebruikt en dat geldt eveneens voor bewijsmateriaal dat is verkregen als een rechtsreeks gevolg van die verklaring.  Dat klinkt als een zuinige, maar heldere boodschap. Maar door het inbouwen van allerlei mitsen en maren wordt de boodschap door de Hoge Raad behoorlijk vertroebeld en dreigt er van het door de Hoge Raad toch al “ingesnoerde” recht op rechtsbijstand weinig over te blijven.